Rens Kroes is bevallen. Thuis in bad bij de houtkachel in een warme ruimte met de vrouwen om zich heen die haar het meest dierbaar zijn en natuurlijk haar man. Er was zacht licht van zoutsteenlampjes, er waren mantra’s en etherische oliën. Het was keihard werken, schrijft Rens Kroes op haar instagram acount. En ook het herstel is pittig, schrijft ze. Ze schrijft dat er goed voor haar gezorgd gaat worden door middel van voedende herstellende voeding, liefde en rust.

Als ik zo’n post lees denk ik: Jij hebt je goed voorbereid. Je weet wat er belangrijk voor je is en wat jou door deze zware beproeving (fysiek en mentaal) heen gaat helpen. Jij weet hoe belangrijk liefdevolle steun is tijdens de bevalling. Jij weet wat het effect van gedimd licht en warmte is op je hormonen. Jij weet wat affirmaties (mantra’s) kunnen doen met jouw onbewuste overtuigingen en mindset. En je weet ook wat voor uitwerking etherische oliën hebben op je brein en daarmee ook je hormoonhuishouding en dus het verloop van je bevalling. Ze had zo maar een cursus bij mij gevolgd kunnen hebben.

Rens heeft denk ik gelijk: Het herstel na een bevalling kan pittig zijn. En er wordt weinig over gesproken. Een gezonde baby lijkt vaak het enige dat telt, en als je bevalling (in andermans ogen) goed is gegaan en je hebt lekker in bad thuis kunnen bevallen, dan mag je toch verder niet klagen?

Sterker nog: Het lijkt soms alsof je überhaupt niet mag praten over een bevalling die goed is gegaan en zo heeft kunnen lopen als jij gewenst had. Na de post van Rens Kroes over haar bevalling, kwam er een column in de Telegraaf. “ Laat je niet gek maken door vrouwen als Rens Kroes” kopte deze column. Ik kon de strekking van de column al raden en besloot mezelf deze tenenkrommende episode te besparen. Ik denk dat de mevrouw die deze column heeft geschreven óf niet heel goed terug kijkt op haar eigen bevalling(en), óf denkt dat “vrouwen als Rens Kroes” haar een schuldgevoel of gevoel van falen willen geven door te vertellen dat zij geen pijnbestrijding hebben genomen of “gewoon” thuis konden bevallen.

Zoutsteenlampen, mantra’s en etherische oliën zijn geen garantie voor een bevalling waar je met een goed gevoel op terug kijkt. Maar ze leveren wél een positieve bijdrage en ondersteunen jou in het geboorteproces.

Bang zijn dat vrouwen denken dat jij ze de ogen uit wilt steken is een reden voor veel vrouwen om niet te vertellen over hun positieve beval- ervaring. De “horrorbevallingen” worden wél verteld. En daarmee houden we de algemene overtuiging in stand dat bevallen per definitie afschuwelijk is. En geloof me: Die overtuiging zit erg diep en gaat generaties terug!

Op de allereerste tekeningen die gevonden zijn over geboorte, zien we de barende vrouw als centrale middelpunt, omringd door andere vrouwen. De sfeer is vreugdevol, de barende vrouw wordt gesteund door anderen, overwegend vrouwen. Er wordt gedanst, er zijn kruiden, bloemen, er is fysieke ondersteuning en de vrouw baart rechtop.

Met de opkomst van het Christendom ( de vloek van Eva: “In smarten zult gij kinderen baren”) werd vrouwelijke steun voor de barende vrouw, door wijze ervaren vrouwen (vroede vrouwen, waar het woord vroedvrouw van is afgeleid) verbannen. Pijn, angst en gevaar horen bij een bevalling, was de algemene overtuiging. Het was onderdeel van de vloek van Eva en bedoeld zo te zijn. Een vrouw baarde vanaf dat moment alleen of met een daarvoor aangewezen man bij zich. Zonder steun van haar geliefden. Logisch dus dat je heel bang was om te bevallen.

Deze angst om te bevallen zit diep ingebakken in onze cultuur. Waar het feminisme gelukkig inmiddels op ongeveer alle gebieden voor een verschuiving heeft gezorgd, is de geboortezorg daarin helaas achtergebleven.

De angst voor bevallen komt niet alleen hieruit voort. Als je kijkt naar hoe bevallingen aan ons gepresenteerd worden in de media (films bijvoorbeeld), dan zie je dat in nagenoeg alle films de barende vrouw op haar rug ligt en aan het zweten, krijsen en puffen is, in paniek is en dat er commotie in de ruimte is. Uiteindelijk is iedereen blij dat het voorbij is en goed is afgelopen. Ook de zogenaamde real life bevallingsprogramma’s laten vooral de sensatieverhalen zien, helaas.

Is dat dan niet de realiteit? Klopt het dan niet dat heel veel vrouwen veel pijn hebben en tijdens de bevalling vooral paniek en onmacht ervaren?

Jawel, maar de andere verhalen zijn er ook! En niet alleen worden deze verhalen minder verteld (vanwege het taboe, maar ook omdat vrouwen die goed terug kijken op hun bevalling het vaak minder nodig hebben er veel over te praten en vaak sneller klaar zijn met hun verhaal), ook ons brein heeft veel meer aandacht voor dit soort verhalen! Ons hele systeem is immers ingesteld op overleven. En daarom is ons brein extra alert op (verhalen over) situaties die gevaarlijk voor ons kunnen zijn. Ons brein wil voorkomen dat dit ons overkomt en slaat deze verhalen heel goed op. Deze verhalen blijven dus (ongemerkt) beter hangen in onze gedachten. En dat heeft weer invloed op ons onbewuste en ook ons vertrouwen en daarmee op de bevalling zelf.

Als je kijkt naar de fysiologie van bevallen, dat gaat deze voor een belangrijk deel over het aanmaken van hormonen. Oxytocine is hét hormoon dat je nodig hebt om te bevallen. Oxytocine is een verlegen hormoon dat zich alleen laat zien wanneer je je op je gemak voelt en je jezelf kunt zijn. Het is een hormoon dat beter aangemaakt kan worden wanneer je ook melatonine aanmaakt. Vandaar dat zo veel bevallingen ’s nachts beginnen en vandaar ook dat gedimd licht, warmte en een rustige omgeving ook zo bevorderend werken! Die warmte van de houtkachel en het zachte licht van de zoutsteenlampjes heeft Rens Kroes dus niet voor niets ingezet tijdens de bevalling. En datzelfde geldt voor haar support team en de mantra’s.

Adrenaline is de tegenhanger is van oxytocine. Adrenaline werkt de bevalling dus tegen en zorgt ervoor dat je meer pijn ervaart. Wetenschappelijk onderzoek wijst keer op keer uit dat wanneer je veel pijn verwacht, je ook meer pijn ervaart. Weefsel is gespannen en biedt weerstand, waardoor de bevalling minder soepel en vlot verloopt. Angst voor de bevalling (bijvoorbeeld door het horen van heel veel horrorverhalen) zorgt er dus voor een groot deel voor dat dit soort “horrorverhalen” blijft bestaan.

Het is dus niet zo dat veel bevallingen onprettig zijn voor de barende vrouw omdat het “nu eenmaal een klus is, die door veel vrouwen niet zonder hulp geklaard kan worden”, maar veel meer omdat vrouwen niet het vertrouwen hebben dat ze het kunnen, bang zijn, niet weten hoe ze hun barende lichaam het beste kunnen ondersteunen (ze durven soms überhaupt niet over de bevalling na te denken, laat staan zich te verdiepen in wat ze zou kunnen helpen) en/of niet de steun krijgen die ze nodig hebben.

Er is nog veel verbetering mogelijk. En die begint voor jou als zwangere bij voorbereiding. Leren je lichaam te begrijpen en leren wat jij nodig hebt om deze zware beproeving (wat dat is het, dat zal ik niet ontkennen) te kunnen doorstaan. Niet alleen op het gebied van het creëren van een omgeving waarin jij kunt ontspannen, maar ook fysiek, mentaal en praktisch. Weten wat je opties zijn, welke bevalhoudingen helpend zijn, weten dat jij degene bent die aan het roer staat. En ook al is dat nog steeds geen garantie, het vergroot sowieso de kans op een aangename bevalling enorm. En ja, dan kan jouw bevalling niet alleen “te doen” zijn, maar zelfs een prachtige bekrachtigende ervaring.